Het collectieve antwoord op de ‘waarom’ vraag varieert. Enerzijds gaat het bij burgercollectieven over het praktische nut, bijvoorbeeld het in gezamenlijkheid leveren van kwalitatief goede producten tegen een concurrerende prijs. Anderzijds tellen idealistische motieven in de zin van ‘de wereld veranderen’ of ‘de kwaliteit van onze leefomgeving versterken’. Tussen die twee uitersten komen allerlei varianten voor: geen fossiele maar natuurlijke energiebronnen, transitie van het voedselsysteem, zorg op maat en dichter bij de mens, gelijkheid en rechtvaardigheid in de sfeer van arbeid en wonen, etc.
De tweede dimensie is de individuele waardenbeleving; de intrinsieke, persoonlijke waarden van leden en bestuurders. Bij de meeste burgercollectieven begint het met enkele pioniers die vanuit een sterke persoonlijke drijfveer iets tot stand willen brengen of willen veranderen in de samenleving. Gedreven door hun waarden en idealen proberen ze gelijkgestemden als medestanders aan te trekken.
Gedeelde waarden
Bij de start van elk burgercollectief ontkomen de betrokkenen er niet aan om gezamenlijk te formuleren welke waarden voor hen leidend zijn en waar ze naar toe willen werken. Dit is nodig omdat die gedeelde waarden zorgen voor een gemeenschappelijk draagvlak op basis waarvan allerlei vervolgstappen gezet kunnen worden, zoals de keuze rond rechtsvorm, organisatiestructuur, lidmaatschap, besluitvorming, werkwijze en middelen. Statuten vaststellen is dan een sluitstuk in plaats van een eerste stap.
Die gedeelde waarden leggen ook de basis voor een uniek, eigen verhaal of narratief waarmee medestanders gemobiliseerd kunnen worden, of dat nu potentiële leden of externe financiers zijn. Voor burgercollectieven is het een permanente uitdaging om het interne gesprek over waarden gaande te houden, zowel op het collectieve als het individuele niveau, niet alleen bij de bestuursleden maar ook bij de leden.
Intrinsieke motivatie
Vooral bij de initiatieven die werken aan maatschappelijke transities door meervoudige waardencreatie (economisch, sociaal, ecologisch) is de intrinsieke motivatie van leden en bestuurders een voortdurend aandachtspunt. Een bestuurder van Herenboeren hierover:
"Je moet het echt doen vanuit intrinsieke motivatie en ons concept vraagt om een manier van denken die anders is dan we gewend zijn”.(1)
De transitie die Herenboeren beoogt begint op persoonlijk niveau en dat gaat gepaard met ongemak en onwennigheid over bijvoorbeeld het niet jaar rond beschikbaar zijn van bepaalde producten en over het omgaan met de wisselvalligheid van de natuur. De uitdaging is om iedereen mee te krijgen in het verbinden van nieuwe overtuigingen en waarden rond voedselproductie en –consumptie met een collectief georganiseerde verandering van gedrag. Dit zou dan een spill-over effect kunnen hebben:
“Als de leden dit doormaken, dan is waarschijnlijk het effect dat zij deze ervaring verder trekken dan alleen hun Herenboerderij”.(2)
De algemene vraag hierbij is of er een samenhang is tussen de schaalgrootte van het collectief en de mate van persoonlijke identificatie van de leden met de waarden die het collectief representeert.
Om individuele burgers mee te krijgen in bijvoorbeeld de energietransitie en te motiveren om zich aan te sluiten bij een energiegemeenschap is een waardengerichte benadering van belang. Het VUX (value based user experience) framework is een hierop afgestemde praktische methodiek. Het idee is om in kleinschalige werkbijeenkomsten met burgers hun individuele waarden naar boven te halen om vervolgens te laten zien hoe lokale energiegemeenschappen hierop inspelen. Een voorbeeld: de keuze voor individuele waarden als autonomie en onafhankelijkheid correspondeert dan met collectieve waarden als hernieuwbare energie opwekken en zelf benutten.
Kort, J., Koning N. de, Gullström C., Creation successful transitions in energy – By respecting stakeholder values and securing trust and cohesion, in: Energy-Open 2017
Horlings, L.G. Values in place; A value-oriented approach toward sustainable place-shaping, Regional Studies, Regional Science, 2(1) (2015), p. 257-274
1. Citaat uit gesprek met Zaza Versteeg, bestuurder van Herenboerderij Duinstreek en medewerker Herenboeren Nederland, sept 2022
2. Citaat van Bram van Helvoirt, docent-onderzoeker bij HAS Hogeschool, sept 2022