Bij coproductie werken burgers en beroepskrachten vanuit de overheid samen om publieke diensten te leveren. Denk bijvoorbeeld aan een buurtpreventieteam met medewerking van de politie, een medezeggenschapsraad op een school of de cliƫntenraad van een verpleeghuis.
De redenen waarom mensen meedoen aan de coproductie van publieke diensten lopen sterk uiteen. Sommigen nemen deel omdat ze directe invloed willen op hoe zaken geregeld zijn. Anderen dragen bij uit ideologische motieven, om de samenleving vooruit te helpen.
Gemeenschapszin
Lange tijd dachten wetenschappers dat de motivatie van coproducenten vooral te maken had met het voordeel dat zij zelf van de diensten hadden, bijvoorbeeld omdat ze er meer veiligheid, goede zorg of kennis voor terugkregen. Uit onderzoek van bestuurskundige Carola van Eijk blijkt echter dat de motivatie van coproducenten zich juist vaak op de gemeenschap richt en dat gemeenschapszin daarmee een belangrijker rol speelt dan eerder gedacht (1).
In de praktijk zijn de beweegredenen van mensen die aan coproductie van publieke diensten doen vaak een mix. Daarbij komen motivaties gericht op de eigenbelangen en motivaties gericht op de gemeenschap naast elkaar voor. Daarnaast worden mensen gedreven door het belang dat zij hechten aan de geproduceerde publieke dienst en de toegevoegde waarde van hun eigen deelname daaraan. Tot slot wegen burgers ook af of zij zelf vinden over de juiste vaardigheden te beschikken om te kunnen coproduceren.
Net zoals de beweegredenen van individuele burgers een mix vormen, geldt dat zeker als je kijkt naar de hele groep: mensen hebben ieder hun eigen combinatie van redenen om mee te doen. Dat maakt coproducenten allesbehalve een uniforme groep.
Om verder te lezen
Lees de achtergrond
Lees de publicatie
Verantwoording
-
C. van Eijk, 2017. Engagement of Citizens and Public Professionals in the Co-Production of Public Services
Afbeelding: freepik.com